Verkiezingen en Onsterfelijke Archetypes: Mircea Eliade

“Iedere willekeurige plaatselijke godin streeft er naar gelijk te worden aan de Grote Godin; elk dorp is het middelpunt van de wereld.” - Mircea Eliade


Met het oog op de verkiezingen van afgelopen maand, moest ik de afgelopen tijd terugdenken aan de laatste tweedekamerverkiezingen in 2017. Ik herinnerde me de centrale narratieven van toen, en dan met name degene die aandacht kregen in de internationale media. Nederland is geopolitiek gezien geen grote speler, en veel nieuws uit ons land bereikt de rest van de wereld niet. Geert Wilders geniet nog enige bekendheid wereldwijd wegens zijn lange carrière van polariserende meningen, maar voor de rest is het karig. In 2017 waren de ogen van journalisten over de hele wereld echter wel op Nederland gericht. Dat ging echter niet om wat er precies gebeurde in Nederland; het ging erom wat het symboliseerde.


Nederland, kwartfinale van de democratie


2016 en 2017 waren cruciale jaren in de "strijd tegen het populisme", die woedde door heel het Westen, en die hoewel nog zeker niet ten einde, minder centraal staat in het tijdperk van Biden, Macron, een moeizame Brexit en grotere afleidingen zoals Corona. Zouden de populisten de macht kunnen grijpen inn Europa, net zoals gebeurd was in de Verenigde Staten?


Internationale media-outlets hadden het over het gevreesde domino-effect. Rutte zag de ontwikkelingen in eigen land ook in een mondiaal kader: Hij noemde de Nederlandse verkiezingen de kwartfinale van de strijd tegen populisme, verwijzend naar Frankrijk en Duitsland. Het is overigens erg typisch volks van de VVD om een voetbalmetafoor te gebruiken, en heerlijk Nederlands om toe te geven dat Duitsland en Frankrijk er eigenlijk veel meer toe doen. Hoe dan ook, Nederland deed ertoe! Het gevoel was dat als Geert Wilders zou winnen in Nederland, Frankrijk ook ten greep zou vallen aan het populisme van Le Pen, en Duitsland aan de AfD.


Als je kijkt naar Anglofone media zoals BBC of The Guardian, staat dit narratief centraal. De Nederlandse verkiezingen worden afgeschilderd als een tweestrijd tussen “degelijkheid” en “populisme”. Dit creëert een alles-of-niets-verhaal waarbij de populistische thema’s (immigratie, patriottische trots, EU) ook de centrale focus kregen in de media. Het was op dit punt dat ik me gewaar werd van de valkuilen van globale politieke narratieven. 


Want dit was niet het verhaal van Nederland. Een maand voor de verkiezingen was het inderdaad spannend welke partij de meeste zetels zou halen, maar een week voor de verkiezingen leek de VVD al de gedoodverfde winnaar. Belangrijker nog, stel de PVV zou hebben “gewonnen”, wat zou dit hebben betekend? Nederland is niet zoals Frankrijk of de Verenigde Staten; Wilders had maximaal een vijfde van de stemmen kunnen halen, en geen partij met boven de 10 zetels wilde met hem meeregeren. De retoriek en ideeën van Wilders hadden en hebben een grote invloed op de Nederlandse politiek, maar de PVV als regerende partij zou niet lukken na Rutte I.  


Er zijn meerdere centrale narratieven die je kan benadrukken bij de verkiezingen van 2017. De groei van rechts populisme is er een van. Een belangrijkere, mijns inziens, is de versplintering; er waren 7 partijen met meer dan 5% van de zetels, en de grote winnaars van de VVD hadden slechts een schamele 22%. Met Denk en FvD waren er ineens twee nieuwe partijen, 5 extra zetels die zeer waarschijnlijk nooit in een regering zouden komen. Een ander narratief was de grote winst van centrumrechts; Het maakt niet uit of de partij sociaal progressief of conservatief was, economisch rechts kreeg ongekend veel steun. Misschien nog belangrijker was de historische val van de PvdA, die 9 zetels meer verloor dan de PVV in totaal had gekregen. De groei van Groenlinks naar 14 zetels, een narratief dat populair was in internationale media wegens de Trudeau-eske verschijning van Jesse Klaver, klinkt dan minder heroïsch. De uitholling van links is een verhaal dat door is blijven gaan de afgelopen jaren, ondanks het feit dat de politieke thema’s van links steeds centraler staan in het publieke debat. Allemaal zinvolle gebeurtenissen, die het politieke landschap van Nederland hebben gevormd. Waarom dan die focus op populistisch rechts?


Bij het lezen van het eentonigheid van het internationale nieuws, voelde ik dus bovenal desillusie; wat bleef er over van hun geloofwaardigheid? Hoe zat het met het nieuws dat ik consumeerde over landen ver bij mij vandaan? Had ik net zo’n vervormd beeld van de Duitse of Spaanse politiek? En wat dan te zeggen over Venezuela, Chili, Jemen, Nigeria, de Filipijnen of Japan? 


Nu ga ik geen buzzwords als “fake news” gebruiken of Ongehoord Nederland prefereren boven de “traditionele media”, maar het is wel zo dat dit me wakker schudde om buitenlands nieuws kritischer te beschouwen, en me eerder te wenden tot het lezen van boeken (waar ruimte is voor historische achtergrond en politieke structuren) dan het lezen van nieuws.


De Media en de Archetypes

   

Aan dit alles werd ik laatst herinnerd toen ik Mircea Eliades boek Mythe van de Eeuwige Terugkeer las, waarschijnlijk niet het eerste boek dat je zou associëren met hedendaagse politieke verslaggeving. Als religiewetenschapper bespreekt hij de houding van de premoderne mens ten opzichte van de geschiedenis. Deze mens leeft in herhaling, in cycli, handelt zoals degenen voor hem, en verwerpt hiermee historische vooruitgang.


Cruciaal in dit boek is het idee van de archetype, en dat is ook wat verband houdt met het hedendaags nieuws. Archetypes komen wel een beetje overeen met de ideeënwereld van Plato. De meest ware werkelijkheid is een die niet hedendaags is, maar bestaat in een andere wereld, een mythische wereld. De traditionele mens leeft geen origineel leven, en streeft het ook niet na. De ware handelingen die een mens kan maken zijn verwijzingen naar mythische handelingen, die reeds eerder zijn gedaan, door goden, helden of voorouders. Dit geldt voor rituelen, maar ook voor alledaagse handelingen. De mens leeft in herhaling, en doet niets ‘ab origine’, geen oorspronkelijke daad.


Wat dit betekent is dat historische gebeurtenissen veralgemeniseerd worden; hun specifieke aard wordt ontnomen, opdat ze meer gelijken op de mythische oorsprong. Eliade geeft een groot aantal van deze voorbeelden, maar de meest treffende ging als volgt. Een folklorist bezocht een dorp, waar een verhaal de ronde deed over een meisje dat een verboden liefde kende met een tragische afloop. Hij kwam erachter dat dat meisje nog leefde, en ontmoette haar, nu een oude vrouw. De vrouw vertelde haar kant van het verhaal, en deze kwam niet overeen met de verhalen die in het dorp de ronde deden. Eliade schrijft: “toen de folklorist de dorpsbewoners wees op de authentieke versie van het verhaal, gaven zij hem ten antwoord dat de oude vrouw de ware toedracht had vergeten, dat de grote smart haar geest verzwakt had. De mythe sprak de waarheid; de waarachtige geschiedenis was reeds leugen geworden. En misschien bevatte de mythe inderdaad meer waarheidsgehalte, in zover hij de geschiedenis een diepere en rijkere zin verleende, inzover hij de tragiek van het lot tot uitdrukking bracht.” 


De precieze loop van gebeurtenissen is dus niet het meest relevant; het is de morele, mythische les die men daaruit leren kan. Het narratief bepaalt de gebeurtenissen, niet andersom. En dit is precies de parallel die bestaat met mondiale medianarratieven. 


Nu is veralgemeniseren een onvermijdelijk menselijke eigenschap; wij hebben niet de capaciteit om alle gebeurtenissen onafhankelijk te laten bestaan, kunnen niet interpreteren zonder dat we een kader creëren. Veralgemeniseren helpt met het leren van fouten, met het herkennen van verbanden. Ik heb niets tegen dat aspect van de mens. En in deze context is het ook terecht dat er verbanden worden gelegd tussen de Wilders en wereldwijde populismes. Er zijn duidelijke overeenkomsten, zoals de vocale anti-migratie, anti-intellectualistische en nationalistische sentimenten..


Het probleem ontstaat wanneer narratieven zo sterk zijn, dat ze in staat zijn verschillen weg te wassen, en alles gelijk te stellen. Dat ze geen nuance zien tussen verschillende landen, met verschillende historische achtergronden en samenlevingen, maar een moreel verhaal vertellen dat vaak neerkomt op goed tegen kwaad. En die nuance is belangrijk, want het gaat over politiek, over beleid, over een samenleving en diens bevolking die gevormd worden door de politiek. 


Amerika, de standaard


Hoe kunnen we dan omgaan met deze archetypen? Ik denk dat een deel van de oplossing is te weten waar een archetype vandaan komt. De archetypen van de traditionele mens verwezen volgens Eliade naar een heilige oorsprong, een scheppingsdaad. Het zijn de mythe die de standaard vormen, waarnaar alles wordt gemeten. Waar is onze standaard, wat is het mondiale narratief?


Een makkelijk, en deels correct antwoord is: het Amerikaanse perspectief. Amerika is cultureel de hegemoon; iedereen kijkt naar Amerikaanse series, luistert Amerikaanse muziek, volgt het Amerikaanse nieuws. Black Lives Matter-protesten ontketenden in Nederland, niet na de dood van Mitch Henriquez of de onterechte aanhouding van Anis Riass, maar na de moord op George Floyd, een Amerikaan. Amerikaanse media maken debatten mondiaal relevant.  


En Amerika beschouwt zichzelf ook als de ultieme standaard voor alles in de wereld. Wilders is volgens the Daily Show the "Dutch Trump", terwijl Wilders al 11 jaar lijsttrekker was van de PVV, in een gedoogregering had gezeten, en meer zetels had behaald dan hij (tot nog toe) ooit behaald heeft, voordat Trump zich ook maar kandidaat had gesteld. Ook de Braziliaanse Bolsonaro kreeg al snel de bijnaam “tropische Trump”, en al snel ging de focus uit naar zijn opzienbarende persona, en minder naar de enorme corruptieschandalen van de vorige linkse regeringen. Zelfs Groot-Brittannië, culturele grootmacht voor meerdere eeuwen, vormgever van ons mondiale bewustzijn, ontsnapt er niet aan: de Britse premier Boris Johnson wordt regelmatig begrepen aan de hand van Trump, ook al zijn zijn achtergrond en stijl erg anders.

 

Spektakel en Schijn


Toch is het niet helemaal eerder om dit kader Amerikaans te noemen. Je kan het misschien eerder een “Schijnamerika” noemen, een Amerika zoals dat mondiaal door massamedia geprojecteerd wordt. Deze schijnwereld neemt het over van de werkelijkheid. Guy Debords boek Spektakelsamenleving is naar idee een erg treffende beschrijving van hoe massamedia ons kijk op de realiteit heeft aangetast, waardoor we ons meer thuis voelen in een gefingeerde wereld.


Het is flauw om hier te generaliseren, dus laat ik over mezelf praten: mijn ideeënwereld is deels Amerikaans. Stel ik neem een bepaald beeld in gedachten, bijvoorbeeld het kluisje op school. Allereerst komen de kluisjes op mijn vroegere middelbare school in beeld. Maar als ik zou denken aan een algemeen beeld van een kluisje, de Platonische idee van een kluisje, zou het beeld vormen van een Amerikaans kluisje: aanzienlijk groter, de wandelgangen omzomend, soms versierd met stickers. Dit komt omdat ik meer voorbeelden heb meegekregen van kluisjes op TV dan in het echt. Het vormt het decor van een paar kinderseries die ik vroeger keek. En die kluisjes uit kinderseries zijn bijna altijd Amerikaans. Of eerder gezegd; ik weet niet of alle scholen er zo in Amerika uitzien, ik ken enkel het schijnbeeld van de media. Kortom, mijn idee van het kluisje is met name gebaseerd op schijn.


Er zijn veel verschillen tussen de archetypes van de traditionele mens en de archetypes van de mens van nu. Eliade beweert dat wij historisch leven, terwijl de traditionele mens de geschiedenis ontkent, door in herhaling te leven van de mythes. Ik ga daar nu niet te veel op in. De kern blijft als volgt: De mens leeft van veralgemenisering. Vandaag de dag, in een wereld waarin mythes aan kracht verloren hebben, bepaalt de politiek en de cultuur van het mondiale centrum (Amerika dus) de standaard voor de archetype.


Dit bevat ook een morele dimensie: narratieven worden veranderd omdat ze “werkelijker, rijker, voller” zijn, omdat ze ons de wereld beter doen begrijpen, of eerder: omdat ze de wereld weten te passen in onze termen. We schaven aan het verhaal totdat het binnen ons kader past.


Verzet tegen veralgemenisering?


De loep van de anglofone media was, zoals ik al verwachtte, minder op Nederland gericht afgelopen maand. De wereld heeft wel spannender nieuws om over te rapporteren, en Nederlands politieke situatie heeft geen symbolische betekenis. Voor een relatief klein land is media-aandacht lastig; het is vervormd of genegeerd worden.   


Er is geen goede oplossing voor het probleem. Nuance is een leuk toverwoord maar we kunnen niet allemaal de hele dag bezig zijn met diepgaand onderzoek over elke gebeurtenis in de wereld (al zou ik het soms willen). Veralgemenisering hoort erbij. Zelf probeer ik meer boeken te lezen over plekken of fenomenen, dan nieuws te volgen. Zo kan ik meer kennis opdoen over de achtergrond, en hedendaagse gebeurtenissen in perspectief plaatsen.


Voorbeelden hiervan zijn de What Everyone Needs to Know-serie van Oxford University Press, en bijvoorbeeld Impossible Revolution, dat verslag doet over de Syrische burgeroorlog. Dit laatste boek is zinvol omdat het een insider-perspectief biedt, dat vaak mist. Op mijn leeslijst staat nu ook Myanmar's Enemy Within van Francis Wade, waarvan ik hoop dat het me een gedegen perspectief geeft op de genocide op de Rohingya en de militaire coup die eerder dit jaar is gepleegd.


Daarnaast helpt het dus om kritisch te blijven en een variëteit van bronnen tot je nemen, om de beruchte bubbel te ontlopen. Maar zelfs met al deze stappen kom je er. De mens is te beperkt om de complexiteit van de wereld volledig te grijpen. Een zekere intellectuele nederigheid ten opzichte van de overweldigende stroom lijkt mij een goed medicijn. 


  


Reacties

Populaire posts van deze blog

Muziek, Anarchie & Zweven buiten het Universum - Jan de Meyers De Weg & De Deugd

De Zoektocht naar het Menselijke na Mao: Dai Houyings Stones of the Wall

De Litouwenrel: China's praktijk in de internationale betrekkingen